Inclusief onderwijs: vooral klein en praktisch beginnen

Inclusief onderwijs: vooral klein en praktisch beginnen

Je kunt over inclusiviteit in het onderwijs rapporten en beleidsnota lezen en schrijven en er heidagen bij organiseren. Maar is het niet gewoon een kwestie van doen? In die gedachte vonden Fréderique Welten, directeur van SAAM* basisschool Pius X, en Elly Derks, directeur van school voor speciaal onderwijs De Vlinder (Koraal), elkaar. Ze vertellen samen met leerkracht en intern begeleider Monique van Rooij (Pius X) en leerkracht, MT-lid en bouwcoördinator Aniek Verhoeven (De Vlinder).

Elly: “Ik ontmoette Frederique en SAAM* bestuurslid Martijn van Tilburg bij een themabijeenkomst van SWV PO 30 06 over inclusief onderwijs in maart 2022. Martijn vertelde aan de deelnemers over de ontwikkelingen richting inclusief onderwijs binnen SAAM* scholen. Onze conclusie was dat inclusief onderwijs bieden, begint met de juiste mindset. Het gaat om een groots proces, maar je moet vooral klein beginnen.”

Fréderique: “Ik zat met Elly en Martijn aan tafel en in die gedachte vonden we elkaar. We besloten om contact met elkaar te houden. Op Pius X waren we al best ver met het inclusiever maken van ons onderwijs en we wilden eens kijken of we elkaar daarin konden opzoeken. We kozen er meteen voor om niet groot te beginnen met ingewikkelde beleidsnotities, maar juist in de praktijk. Tijdens het allereerste concrete gesprek, ook samen met bestuurder Frank Kat van SWV PO 30 06, hebben we kort op papier gezet hoe we dit uitwisselingsinitiatief wilden vormgeven.”

Elly: “We wilden vooral aan de slag op de werkvloer, dus met leerkrachten onderling. We besloten bij elkaar op bezoek te gaan, elkaar te leren kennen en het gesprek aan te gaan. Wat kun je van elkaar leren? Het regulier onderwijs van het speciaal onderwijs en andersom natuurlijk. Het idee was daarom om dagdelen één op één met elkaar mee te kijken om te zien of we elkaar konden helpen en met elkaar mee konden denken.”

Eenvoudige tips

Monique: “In de eerste ronde bezochten de directeuren en intern begeleiders elkaar. Daarna besloten we om voorlopig twee uitwisselingen per jaar te organiseren. De eerste twee leerkrachten van Pius X en De Vlinder hebben elkaar inmiddels ontmoet. Ze liepen een ochtend bij elkaar in de klas mee en praatten daarna verder over de hulpvragen die ze aan elkaar voor willen leggen. Fréderique, Elly, Aniek en ik waren al heel enthousiast na de eerste ronde, maar onze collega’s zeker ook! Ik hoorde dat er zelfs ‘s avonds nog verder werd gemaild met tips. Prachtig, toch? We bekijken samen bij allerlei onderwerpen of de kennis uit het speciaal onderwijs helpend kan zijn in het regulier onderwijs en andersom. Op Pius X merkten we dat sommige leerlingen afdwaalden tijdens de les. We waren benieuwd hoe onze collega’s in het speciaal onderwijs dat aan zouden pakken. We kregen bruikbare tips om uit te proberen. Voor ieder kind werkt het namelijk anders. De praktische tips hebben voor deze specifieke leerlingen geholpen!”

Aniek: “Wij leren ook veel en krijgen vaak bevestiging vanuit collega’s uit het regulier onderwijs. Bij onze leerlingen wordt regelmatig geanalyseerd of speciaal onderwijs nog nodig is, bijvoorbeeld als de toelaatbaarheidsverklaring bijna afloopt. Nu kan ik een collega van Pius X vragen om eens mee te kijken. Is de leerling toe aan de overstap naar het regulier onderwijs? Welke stappen zijn er nog te zetten? Of lukt het nu echt nog niet en moet de toelaatbaarheidsverklaring verlengd worden?”

Monique: “Andersom geldt hetzelfde. Aan onze kant zijn er vaak heel wat stappen vóór je doorverwijst naar speciaal onderwijs. Onze collega’s van De Vlinder kunnen met een open blik preventief met ons meekijken en met tips misschien wel ondervangen dat je zo’n traject aan moet vragen. We kunnen zo veel gerichter werken en afstemmen op leerlingen. We merken dat we op allerlei manieren van toegevoegde waarde voor elkaar kunnen zijn: op casus- en klasniveau, maar ook op didactisch vlak en soms zelfs in het uitwerken van bijvoorbeeld het portfolio of bestuursstukken.”

Geen korte lijntjes

Elly: “Waarom niet meer scholen op deze manier met elkaar uitwisselen? Ik denk dat het systeem nu nog niet zo ingericht is. In het regulier onderwijs ga je met een leerling waarbij het niet soepel gaat eerst naar de intern begeleider. Als dat niet werkt, schakel je het samenwerkingsverband in. Korte lijntjes tussen regulier en speciaal onderwijs zijn er eigenlijk niet. Wij komen pas in beeld als er een toelaatbaarheidsverklaring afgegeven is, met vaak allerlei frustraties voor het kind, ouders en school van dien. Wat ik graag zou zien, is dat we de samenwerking rondom inclusief onderwijs zo aanpakken dat het een leerling met kleine aanpassingen veel langer lukt op het regulier onderwijs. Rust, weinig afleiding en prikkels en een sobere inrichting karakteriseren bijvoorbeeld onze school. Dat zie je op reguliere scholen nog weinig, terwijl dat nét het verschil kan maken. Je denkt misschien een rijke leeromgeving te bieden, maar wat voor de één rijk is, is voor de ander overweldigend.”

Monique: “Vaak is iets voor ons al een blinde vlek, maar kun je vrij simpel meer rust aanbrengen. Toen ik met Aniek in een pauze buiten liep, vertelde ik haar dat er bij ons best wel wat conflicten ontstaan, met name in de kleine pauze. Tijdens de grote pauze werken we met schoolbuddy`s en zijn de leerlingen van groep 8 het eerste aanspreekpunt van de leerlingen op het schoolplein. De kleine pauzes zijn echter nog lastig. Aniek vertelde toen dat ze op de Vlinder bewust letten op de ruimte die kinderen hebben tijdens het buitenspelen. Tijdens het unitoverleg op de Pius X hebben we dit besproken en uiteindelijk een nieuwe buitenspeelrooster gemaakt. ”

Aniek: “Zo geef je elkaar heel vaak nét die eye opener. De leesmethode op Pius X wil ik bijvoorbeeld onderzoeken omdat ik denk dat die bij ons ook werkt. En mijn collega was heel enthousiast over hun inzet van Grej of the day, een soort ‘weetje van de dag’ waarover leerlingen de volgende dag vragen moeten beantwoorden. Of het idee van vijf minuten rust inbouwen na de instructie, zodat je als leerkracht even kunt observeren en leerlingen leert omgaan met uitgestelde aandacht. Dat hebben we hier nu ook ingevoerd!”

De kracht van inclusief onderwijs

Frederique: “Vaak zit je toch een beetje vast in je eigen systeem en vooroordelen. Door deze uitwisseling heb ik een beter beeld als ik bijvoorbeeld een leerling moet doorverwijzen naar het speciaal onderwijs. Wij kunnen nu ook ouders al eerder in het proces meenemen en in de toekomst misschien samen verkennen of een tijdelijke plaatsing of een combinatie van regulier en speciaal onderwijs mogelijk is.”

Elly: “Dat gaan we zeker doen! Het zou mooi zijn als we in de toekomst als school voor speciaal onderwijs meer als expertisecentrum kunnen functioneren. Dat we eerst eens een paar dagdelen met een leerling op het regulier onderwijs mee kunnen kijken, een hybride onderwijsvorm aan kunnen bieden of structureel leerkrachten uit kunnen wisselen. Zo kan het regulier onderwijs langer thuisnabij onderwijs blijven bieden en zijn we voor ouders en collega-leerkrachten toegankelijker. Er is geen standaard recept dat voor iedere leerling werkt. Maar ik denk dat de kracht van inclusief onderwijs zit in snel kunnen schakelen en verbindingen leggen. Bij elkaar meekijken en hulp bieden in plaats van naar elkaar doorverwijzen.”